“De mens denkt, God lacht”

door joost

Vakantie is, als je er een heel strikte uitleg aan geeft, een negatief begrip. Het houdt in dat het werk en de dagelijkse verplichtingen wegvallen. Maar wil je van die lege tijd iets kunnen maken, dan is er meer nodig: een soort lichtheid die het betrekkelijke van dat werk en die verplichtingen inziet. Je zou het ook onbezorgdheid kunnen noemen, doelloosheid, of de ruimheid van geest die aangeduid wordt door een rabbijnse wijsheid die de schrijver Milan Kundera aanhaalt: ‘De mens denkt, God lacht’. De momenten waarop je van die goddelijke lach iets opvangt, zijn volgens mij je beste momenten.

Het overkomt mensen die zingen en muziek maken, zoals bijvoorbeeld de dichter van psalm 57. Misschien was het, zoals de traditie wil, koning David. Hij geldt niet als per se zachtaardig en was soms uitgesproken wreed. Maar het is alsof hij die goddelijke lach heeft gehoord. Ik wil voor u zingen en spelen, zingt hij, ‘met harp en lier wil ik het morgenrood wekken’. Met andere woorden: de zon gaat niet vanzelf op. Dat hij opgaat, is iets ongewoons. Wat daarvoor nodig is, is niet de verbeten inspanning en het geweld. Het gaat om niets dan de lichtheid van een harp, een lier en een zanger. Opdat de zon werkelijk opgaat, zo dat je het ziet en beleeft, zo dat het jou doortrekt en bezielt wat daar gebeurt.

Kinderlijke lichtheid

Als kind was je nog vertrouwd met die lichtheid. Ingeval je dat vergeten bent, zijn er goddank dichters die je daaraan kunnen herinneren. Paul van Ostaijen doet dat in de vederlichte regels van ‘Marc groet ‘s morgens de Dingen’. Het werk, de verplichtingen en de ethiek blijven goddank buiten beeld. De ‘Dingen’ vormen geen vreemde buitenwereld die in toom moet worden gehouden. Ze worden integendeel gegroet of beter nog: gezegend.

Dag ventje met de fiets op de vaas met de bloem
ploem ploem
dag stoel naast de tafel
dag brood op de tafel
dag visserke-vis met de pijp
en
dag visserke-vis met de pet
pet en pijp
van het visserke-vis
goeiendag
Daa-ag vis
dag lieve vis
dag klein visselijn mijn

gepubliceerd op 9 augustus 2017